Aionian Verses

En al zijn zonen, en al zijn dochteren maakten zich op, om hem te troosten; maar hij weigerde zich te laten troosten, en zeide: Want ik zal, rouw bedrijvende, tot mijn zoon in het graf nederdalen. Alzo beweende hem zijn vader. (Sheol h7585)
All his sons and daughters tried to console him, but he rejected their attempts. “No,” he said, “I will go down into my grave mourning for my son.” So Joseph's father went on weeping for him. (Sheol h7585)
Maar hij zeide: Mijn zoon zal met ulieden niet aftrekken; want zijn broeder is dood, en hij is alleen overgebleven; zo hem een verderf ontmoette op den weg, dien gij zult gaan, zo zoudt gij mijn grauwe haren met droefenis ten grave doen nederdalen. (Sheol h7585)
“My son won't go there with you!” Jacob declared. “His brother is dead, and he's the only one I have left. If anything bad happens to him on the journey you're planning, you'll send this old man to his grave in grief.” (Sheol h7585)
Indien gij nu dezen ook van mijn aangezicht wegneemt, en hem een verderf ontmoette, zo zoudt gij mijn grauwe haren met jammer ten grave doen nederdalen! (Sheol h7585)
If you take this one away from me too, and something bad happens to him, you'll send this old man to his grave in grief.’ (Sheol h7585)
Zo zal het geschieden, als hij ziet, dat de jongeling er niet is, dat hij sterven zal; en uw knechten zullen de grauwe haren van uw knecht, onzen vader, met droefenis ten grave doen nederdalen. (Sheol h7585)
as soon as he sees the boy isn't there he'll die, and we will really send this old man, our father, to his grave in grief. (Sheol h7585)
Maar indien de HEERE wat nieuws zal scheppen, en het aardrijk zijn mond zal opendoen, en verslinden hen met alles wat hunner is, en zij levend ter helle zullen nedervaren; alsdan zult gij bekennen, dat deze mannen de HEERE getergd hebben. (Sheol h7585)
But if the Lord does something totally different, and the earth opens up and swallows them down along with everything that belongs to them so that they go down alive into Sheol, then you will know that these men have acted with contempt to the Lord.” (Sheol h7585)
En zij voeren neder, zij en alles wat hunner was, levend ter helle; en de aarde overdekte hen, en zij kwamen om uit het midden der gemeente. (Sheol h7585)
They went down alive into Sheol with all that they had. The earth closed over them, and they were no more. (Sheol h7585)
Want een vuur is aangestoken in Mijn toorn, en zal bernen tot in de onderste hel, en zal het land met zijn inkomst verteren, en de gronden der bergen in vlam zetten. (Sheol h7585)
My anger has been set on fire, burning down to the depths of the grave, destroying the earth and all it produces, even setting fire to the foundations of the mountains. (Sheol h7585)
De HEERE doodt en maakt levend; Hij doet ter helle nederdalen, en Hij doet weder opkomen. (Sheol h7585)
The Lord kills and he revives; he sends some down to the grave, but he raises others up. (Sheol h7585)
Banden der hel omringden mij; strikken des doods bejegenden mij. (Sheol h7585)
The grave wound its ropes around me; death set snares for me. (Sheol h7585)
Doe dan naar uw wijsheid, dat gij zijn grauwe haar niet met vrede in het graf laat dalen. (Sheol h7585)
Do what you think is right, but don't let his gray head go down peacefully into the grave. (Sheol h7585)
Maar nu, houd hem niet onschuldig, dewijl gij een wijs man zijt; en gij zult weten, wat gij hem doen zult, opdat gij zijn grauwe haar met bloed in het graf doet dalen. (Sheol h7585)
So don't leave him unpunished. You're a wise man and you know what you have to do to him—send him down into the grave with blood on his gray head.” (Sheol h7585)
Een wolk vergaat en vaart henen; alzo die in het graf daalt, zal niet weder opkomen. (Sheol h7585)
When a cloud disappears, it's gone, just as anyone who goes down to Sheol does not come back up. (Sheol h7585)
Zij is als de hoogten der hemelen, wat kunt gij doen? Dieper dan de hel, wat kunt gij weten? (Sheol h7585)
It is greater than the heavens—what can you do? It is deeper than Sheol—what can you know? (Sheol h7585)
Och, of Gij mij in het graf verstaakt, mij verborgt, totdat Uw toorn zich afkeerde; dat Gij mij een bepaling steldet, en mijner gedachtig waart! (Sheol h7585)
I wish you would hide me in Sheol; conceal me there until your anger is gone. Set a definite time for me there, and remember me! (Sheol h7585)
Zo ik wacht, het graf zal mijn huis wezen; in de duisternis zal ik mijn bed spreiden. (Sheol h7585)
What am I looking for? To make my home in Sheol, to make my bed in darkness? (Sheol h7585)
Zij zullen ondervaren met de handbomen des grafs, als er rust te zamen in het stof wezen zal. (Sheol h7585)
Will hope go down with me to the gates of Sheol? Will we go down together into the dust?” (Sheol h7585)
In het goede verslijten zij hun dagen; en in een ogenblik dalen zij in het graf. (Sheol h7585)
They live out their lives contentedly, and go down to Sheol in peace. (Sheol h7585)
De droogte mitsgaders de hitte nemen de sneeuwwateren weg; alzo het graf dergenen, die gezondigd hebben. (Sheol h7585)
Just as heat and drought dry up snowmelt, so Sheol takes away those who have sinned. (Sheol h7585)
De hel is naakt voor Hem, en geen deksel is er voor het verderf. (Sheol h7585)
Sheol lies naked before God, Abaddon is uncovered. (Sheol h7585)
Want in den dood is Uwer geen gedachtenis; wie zal U loven in het graf? (Sheol h7585)
For no one remembers you when they're dead. Who is able to praise you from the grave? (Sheol h7585)
De goddelozen zullen terugkeren, naar de hel toe, alle godvergetende heidenen. (Sheol h7585)
The wicked depart, going to the grave—all nations who turn their backs on God. (Sheol h7585)
Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige de verderving zie. (Sheol h7585)
For you will not abandon me in the grave, nor will you allow your Holy One to experience decay. (Sheol h7585)
Banden der hel omringden mij, strikken des doods bejegenden mij. (Sheol h7585)
The grave wound its ropes around me; death set snares for me. (Sheol h7585)
HEERE! Gij hebt mijn ziel uit het graf opgevoerd; Gij hebt mij bij het leven behouden, dat ik in den kuil niet ben nedergedaald. (Sheol h7585)
Lord, you rescued me from the grave, you brought me back to life, saving me from going down into the pit of death. (Sheol h7585)
HEERE! laat mij niet beschaamd worden, want ik roep U aan; laat de goddelozen beschaamd worden, laat hen zwijgen in het graf. (Sheol h7585)
Lord, don't let me be disgraced, for I'm calling out to you. Instead let the wicked be disgraced, let them be silent in the grave. (Sheol h7585)
Men zet hen als schapen in het graf, de dood zal hen afweiden; en de oprechten zullen over hen heersen in dien morgenstond; en het graf zal hun gedaante verslijten, elk uit zijn woning. (Sheol h7585)
Like sheep they are destined for the grave. Death will be their shepherd. Those who live right will rule over them in the morning. Their bodies will decay in the grave, far from their homes. (Sheol h7585)
Maar God zal mijn ziel van het geweld des grafs verlossen, want Hij zal mij opnemen. (Sela) (Sheol h7585)
But surely God will rescue me from the power of the grave; he will grab me back. (Selah) (Sheol h7585)
Dat hun de dood als een schuldeiser overvalle, dat zij als levend ter helle nederdalen; want boosheden zijn in hun woning, in het binnenste van hen. (Sheol h7585)
May death come quickly to them; may they go down into the grave alive, because evil finds its home in them. (Sheol h7585)
Want Uw goedertierenheid is groot over mij; en Gij hebt mijn ziel uit het onderste des grafs uitgerukt. (Sheol h7585)
For your trustworthy love for me is so great; you have saved me from death. (Sheol h7585)
Want mijn ziel is der tegenheden zat, en mijn leven raakt tot aan het graf. (Sheol h7585)
My life is full of troubles, and my death is approaching. (Sheol h7585)
Wat man leeft er, die den dood niet zien zal, die zijn ziel zal bevrijden van het geweld des grafs? (Sela) (Sheol h7585)
There's no one who doesn't die—no one can save themselves from the power of the grave. (Selah) (Sheol h7585)
De banden des doods hadden mij omvangen, en de angsten der hel hadden mij getroffen; ik vond benauwdheid en droefenis. (Sheol h7585)
I was caught in the snares of death; I was trapped by terrors of the grave. All I experienced was suffering and grief. (Sheol h7585)
Zo ik opvoer ten hemel, Gij zijt daar; of bedde ik mij in de hel, zie, Gij zijt daar. (Sheol h7585)
If I go up to heaven, you are there. If I lie down in Sheol, look—you are there too! (Sheol h7585)
Onze beenderen zijn verstrooid aan den mond des grafs, gelijk of iemand op de aarde iets gekloofd en verdeeld had. (Sheol h7585)
Just as the earth is broken up by the plough, so shall their bones be scattered at the mouth of Sheol. (Sheol h7585)
Laat ons hen levend verslinden, als het graf; ja, geheel en al, gelijk die in den kuil nederdalen; (Sheol h7585)
Let's bury them alive; let's put them in the grave while they're still healthy! (Sheol h7585)
Haar voeten dalen naar den dood, haar treden houden de hel vast. (Sheol h7585)
She leads you down to death; she takes you down to the grave. (Sheol h7585)
Haar huis zijn wegen des grafs, dalende naar de binnenkameren des doods. (Sheol h7585)
Her house leads to the grave—it goes down to the rooms of death. (Sheol h7585)
Maar hij weet niet, dat aldaar doden zijn; haar genoden zijn in de diepten der hel. (Sheol h7585)
But they don't know that the dead are there, that those she's invited are in the depths of the grave. (Sheol h7585)
De hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten van des mensen kinderen? (Sheol h7585)
Those already dead have no secrets from the Lord—how much more does he know our thoughts! (Sheol h7585)
De weg des levens is den verstandige naar boven; opdat hij afwijke van de hel, beneden. (Sheol h7585)
Life's path for the wise leads upwards, so that they can avoid the grave below. (Sheol h7585)
Gij zult hem met de roede slaan, en zijn ziel van de hel redden. (Sheol h7585)
If you use physical correction you can save them from death. (Sheol h7585)
De hel en het verderf worden niet verzadigd; alzo worden de ogen des mensen niet verzadigd. (Sheol h7585)
In the same way that the grave and destruction are never satisfied, human desire is never satisfied. (Sheol h7585)
Het graf, de gesloten baarmoeder, de aarde, die van water niet verzadigd wordt, en het vuur zegt niet: Het is genoeg! (Sheol h7585)
The grave, the womb that doesn't become pregnant, the earth thirsty for water, and the fire that never says, “Enough!” (Sheol h7585)
Alles, wat uw hand vindt om te doen, doe dat met uw macht; want er is geen werk, noch verzinning, noch wetenschap, noch wijsheid in het graf, daar gij heengaat. (Sheol h7585)
Whatever you do, do it with all your strength, for when you go to the grave there's no more working or thinking, no more knowing or being wise. (Sheol h7585)
Zet mij als een zegel op Uw hart, als een zegel op Uw arm; want de liefde is sterk als de dood; de ijver is hard als het graf; haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des HEEREN. (Sheol h7585)
Stamp my name as a seal on your heart, like a seal on your arm, for love is strong as death, passion as unyielding as the grave—its arrows flash like fire, a blazing flame of the Lord. (Sheol h7585)
Daarom zal het graf zichzelf wijd opensperren, en zijn mond opendoen, zonder maat; opdat nederdale haar heerlijkheid, en haar menigte, met haar gedruis, en die in haar van vreugde opspringt. (Sheol h7585)
The grave's appetite increases, its mouth opens wide, and Jerusalem's nobility and the masses will go down into it, along with the rowdy, drunken mobs. (Sheol h7585)
Eis u een teken van den HEERE, uw God; eis beneden in de diepte, of eis boven uit de hoogte. (Sheol h7585)
“Ask the Lord your God for a sign, whether as deep as where people are buried or as high as heaven.” (Sheol h7585)
De hel van onderen was beroerd om uwentwil, om u tegemoet te gaan, als gij kwaamt; zij wekt om uwentwil de doden op, al de bokken der aarde; zij doet al de koningen der heidenen van hun tronen opstaan. (Sheol h7585)
Those in the grave beneath are keen to meet you when you arrive. It wakes the spirits of the dead to welcome you, those of all the rulers of the earth. All the kings of the nations stand up from their thrones. (Sheol h7585)
Uw hovaardij is in de hel nedergestort, met het geklank uwer luiten; de maden zullen onder u gestrooid worden, en de wormen zullen u bedekken. (Sheol h7585)
Your pride is now buried with you in the grave, along with the harp music you loved. Maggots are the bed you lie on, and worms are your blanket.’ (Sheol h7585)
Ja, in de hel zult gij nedergestoten worden, aan de zijden van den kuil! (Sheol h7585)
But you are dragged down to the grave, into the depths of the pit. (Sheol h7585)
Omdat gijlieden zegt: Wij hebben een verbond met den dood gemaakt, en met de hel hebben wij een voorzichtig verdrag gemaakt; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, zal hij tot ons niet komen; want wij hebben de leugen ons tot een toevlucht gesteld, en onder de valsheid hebben wij ons verborgen. (Sheol h7585)
You claim, “We've made an agreement with death; we've got a contract with the grave. When the terrible disaster rushes by, it won't affect us, because our lies protect us and we hide in our own deceptions.” (Sheol h7585)
En ulieder verbond met den dood zal te niet worden, en uw voorzichtig verdrag met de hel zal niet bestaan; wanneer de overvloeiende gesel doortrekken zal, dan zult gijlieden van denzelven vertreden worden. (Sheol h7585)
Your agreement with death will be canceled; your contract with the grave will be revoked. When the terrible disaster rushes by, it will trample you underfoot. (Sheol h7585)
Ik zeide: Vanwege de afsnijding mijner dagen, zal ik tot de poorten des grafs heengaan, ik word beroofd van het overige mijner jaren. (Sheol h7585)
I said to myself, “Do I have to go to my death just as my life is going well? Why can't I count on the rest of my years?” (Sheol h7585)
Want het graf zal U niet loven, de dood zal U niet prijzen; die in den kuil nederdalen, zullen op Uw waarheid niet hopen. (Sheol h7585)
Those in the grave cannot praise you, the dead cannot praise you. Those who go down into the pit can no longer hope in your faithfulness. (Sheol h7585)
En gij trekt met olie tot den koning, en gij vermenigvuldigt uw welriekende zalven; en gij zendt uw gezanten verre weg, en vernedert u tot de hel toe. (Sheol h7585)
You went to offer Molech olive oil, covering yourself with many perfumes. You sent your messengers to distant places; you even went down into the world of the dead. (Sheol h7585)
Zo zegt de Heere HEERE: Ten dage, als hij ter helle nederdaalde, maakte Ik een treuren; Ik bedekte om zijnentwil den afgrond, en weerde de stromen van dien, en de grote wateren werden geschut; en Ik maakte den Libanon om zijnentwil zwart, en al het geboomte des velds was om zijnentwil bewonden. (Sheol h7585)
This is what the Lord God says: On the day it was brought down to Sheol, I had the deep waters mourn for it; I stopped its rivers flowing; I held back all its waters. I covered Lebanon in darkness, and all the trees in the forest withered. (Sheol h7585)
Van het geluid zijns vals deed Ik de heidenen beven, als Ik hem ter helle deed nederdalen, met degenen, die in den kuil nederdalen; en alle bomen van Eden, de keur en het beste van Libanon, alle bomen, die water drinken, troostten zich in het onderste der aarde. (Sheol h7585)
I made the nations tremble when they heard it fall, when I threw it down into Sheol with those who die. Then all the trees of Eden, the finest and best in Lebanon, all the trees that had plenty of water, were happy that this tree joined them in the earth below. (Sheol h7585)
Diezelve daalden ook met hem neder ter helle, tot de verslagenen van het zwaard; en die zijn arm geweest waren, die onder zijn schaduw in het midden der heidenen gezeten hadden. (Sheol h7585)
They also went down with it into Sheol, to those who had been killed by the sword. They had been part of its army living in its shade among the nations. (Sheol h7585)
De machtigste der helden zullen hem, met zijn helpers, toespreken, uit het midden der hel; zij zijn nedergedaald, de onbesnedenen liggen er, verslagen van het zwaard; (Sheol h7585)
Powerful chiefs will speak from Sheol about Egypt and its allies: ‘They have come down here and lie with the heathen, with those killed by the sword.’ (Sheol h7585)
Maar zij liggen niet met de helden, die onder de onbesnedenen gevallen zijn; die ter helle zijn nedergedaald met hun krijgswapenen, en welker zwaarden men gelegd heeft onder hun hoofden; welker ongerechtigheid nochtans op hun beenderen is, omdat der helden schrik in het land der levenden geweest is. (Sheol h7585)
But they're not laid to rest with the fallen warriors of long ago who went down into Sheol with their weapons of war. Their swords were placed underneath their heads and their shields over their bones, although these powerful warriors once terrorized others when they were alive. (Sheol h7585)
Doch Ik zal hen van het geweld der hel verlossen, Ik zal ze vrijmaken van den dood: o dood! waar zijn uw pestilentien? hel! waar is uw verderf? Berouw zal van Mijn ogen verborgen zijn, (Sheol h7585)
I shall redeem them from the power of Sheol; I shall deliver them from death. Where, death, are your plagues? Where, Sheol, is your destruction? Compassion is hidden from my sight. (Sheol h7585)
Al groeven zij tot in de hel, zo zal Mijn hand ze van daar halen, en al klommen zij in den hemel, zo zal Ik ze van daar doen nederdalen. (Sheol h7585)
Even if they dig down into Sheol, I will catch them and pull them up. Even if they climb up to heaven, I will bring them down. (Sheol h7585)
En hij zeide: Ik riep uit mijn benauwdheid tot den HEERE, en Hij antwoordde mij; uit den buik des grafs schreide ik, en Gij hoordet mijn stem. (Sheol h7585)
He began, “In my agony I cried out to the Lord and he answered me; from the depths of Sheol I pleaded for help and you answered me. (Sheol h7585)
En ook dewijl hij trouwelooslijk handelt bij den wijn, een trots man is, en in zijn woning niet blijft; die zijn ziel wijd opendoet als het graf, en gelijk de dood is, die niet zat wordt, en tot zich verzamelt al de heidenen, en vergadert tot zich alle volken. (Sheol h7585)
In addition wealth provides no security. Those who are arrogant never have any peace; their greedy mouths are as wide open as the grave, and like death they are never satisfied. They gather nations like possessions, swallowing up many peoples. (Sheol h7585)
Doch Ik zeg u: Zo wie te onrecht op zijn broeder toornig is, die zal strafbaar zijn door het gericht; en wie tot zijn broeder zegt: Raka! die zal strafbaar zijn door den groten raad; maar wie zegt: Gij dwaas! die zal strafbaar zijn door het helse vuur. (Geenna g1067)
But I tell you, anyone who is angry with his brother will be condemned as guilty. Whoever calls his brother an idiot has to answer to the council, but whoever verbally abuses others is liable to the fire of judgment. (Geenna g1067)
Indien dan uw rechteroog u ergert, trekt het uit, en werpt het van u; want het is u nut, dat een uwer leden verga, en niet uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. (Geenna g1067)
If your right eye leads you to sin, then tear it out and throw it away, because it's better to lose one part of your body than to have your whole body thrown into the fire of judgment. (Geenna g1067)
En indien uw rechterhand u ergert, houwt ze af, en werpt ze van u; want het is u nut, dat een uwer leden verga, en niet uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. (Geenna g1067)
If your right hand leads you to sin, then cut it off and throw it away, for it's better for you to lose one of your limbs than for your whole body to go into the fire of judgment. (Geenna g1067)
En vreest u niet voor degenen, die het lichaam doden, en de ziel niet kunnen doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide ziel en lichaam kan verderven in de hel. (Geenna g1067)
Don't be afraid of those who can kill you physically, but can't kill you spiritually. Instead, be afraid of the one who can destroy you physically and spiritually in the fires of destruction. (Geenna g1067)
En gij, Kapernaum! die tot den hemel toe zijt verhoogd, gij zult tot de hel toe nedergestoten worden. Want zo in Sodom die krachten waren geschied, die in u geschied zijn, zij zouden tot op den huidigen dag gebleven zijn. (Hadēs g86)
And what about you, Capernaum? Will you be exalted to heaven? No, you'll go down to Hades! If the miracles had been performed in Sodom which happened among you, Sodom would still be here today. (Hadēs g86)
En zo wie enig woord gesproken zal hebben tegen den Zoon des mensen, het zal hem vergeven worden; maar zo wie tegen den Heiligen Geest zal gesproken hebben, het zal hem niet vergeven worden, noch in deze eeuw, noch in de toekomende. (aiōn g165)
Those who say something against the Son of man will be forgiven, but those who say something against the Holy Spirit won't be forgiven, neither in this life nor the next. (aiōn g165)
En die in de doornen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort; en de zorgvuldigheid dezer wereld, en de verleiding des rijkdoms verstikt het Woord, en het wordt onvruchtbaar. (aiōn g165)
The seeds sown among thorns are people who hear the message, but then life's worries and the temptation of money choke the message so that they become fruitless. (aiōn g165)
En de vijand, die hetzelve gezaaid heeft, is de duivel; en de oogst is de voleinding der wereld; en de maaiers zijn de engelen. (aiōn g165)
The enemy that sowed the weed seeds is the devil. The harvest is the end of the world. The reapers are angels. (aiōn g165)
Gelijkerwijs dan het onkruid vergaderd, en met vuur verbrand wordt, alzo zal het ook zijn in de voleinding dezer wereld. (aiōn g165)
Just as the weeds are harvested and burned so it will be at the end of the world. (aiōn g165)
Alzo zal het in de voleinding der eeuwen wezen; de engelen zullen uitgaan, en de bozen uit het midden der rechtvaardigen afscheiden; (aiōn g165)
That's the way it will be when the end of the world comes. The angels will go out and separate the evil people from the good, (aiōn g165)
En Ik zeg u ook, dat gij zijt Petrus, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten der hel zullen dezelve niet overweldigen. (Hadēs g86)
I also tell you that you are Peter, and on this rock I will build my church and the powers of death won't overcome it. (Hadēs g86)
Indien dan uw hand of uw voet u ergert, houwt ze af en werpt ze van u. Het is u beter, tot het leven in te gaan, kreupel of verminkt zijnde, dan twee handen of twee voeten hebbende, in het eeuwige vuur geworpen te worden. (aiōnios g166)
If your hand or your foot causes you to sin, cut it off and throw it away. It's better for you to enter eternal life crippled or lame rather than to have two hands or two feet and to be thrown into eternal fire. (aiōnios g166)
En indien uw oog u ergert, trekt het uit, en werpt het van u. Het is u beter, maar een oog hebbende, tot het leven in te gaan, dan twee ogen hebbende, in het helse vuur geworpen te worden. (Geenna g1067)
If your eye causes you to sin, pull it out and throw it away. It's better for you to enter eternal life with one eye than to have two eyes and to be thrown into the fire of judgment. (Geenna g1067)
En ziet, er kwam een tot Hem, en zeide tot Hem: Goede Meester! wat zal ik goeds doen, opdat ik het eeuwige leven hebbe? (aiōnios g166)
A man came to Jesus and asked him, “Teacher, what good things must I do to gain eternal life?” (aiōnios g166)
En zo wie zal verlaten hebben, huizen, of broeders, of zusters, of vader, of moeder, of vrouw, of kinderen, of akkers, om Mijns Naams wil, die zal honderdvoud ontvangen, en het eeuwige leven beerven. (aiōnios g166)
All those who because of me have left their homes, brothers, sisters, father, mother, children, and fields, will receive back a hundred times more, and will receive eternal life. (aiōnios g166)
En ziende, een vijgeboom aan den weg, ging Hij naar hem toe, en vond niets aan denzelven, dan alleenlijk bladeren; en zeide tot hem: Uit u worde geen vrucht meer in der eeuwigheid! En de vijgeboom verdorde terstond. (aiōn g165)
He saw a fig tree at the side of the road, so he went over to it but didn't find any fruit, only leaves. He told the fig tree, “May you never ever produce fruit again!” Immediately the fig tree withered. (aiōn g165)
Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeen, gij geveinsden, want gij omreist zee en land, om een Jodengenoot te maken, en als hij het geworden is, zo maakt gij hem een kind der helle, tweemaal meer dan gij zijt. (Geenna g1067)
What a disaster is coming on you, religious teachers and Pharisees, you hypocrites! For you travel over land and sea to make a single convert, and when you do, you make him twice a son of darkness as you are yourselves. (Geenna g1067)
Gij slangen, gij adderengebroedsels! hoe zoudt gij de helse verdoemenis ontvlieden? (Geenna g1067)
You snakes, you brood of vipers, how will you escape the judgment of condemnation? (Geenna g1067)
En als Hij op den Olijfberg gezeten was, gingen de discipelen tot Hem alleen, zeggende: Zeg ons, wanneer zullen deze dingen zijn, en welk zal het teken zijn van Uw toekomst, en van de voleinding der wereld? (aiōn g165)
As Jesus sat on the Mount of Olives, the disciples came to him in private, and asked, “Please tell us when this will happen. What will be the sign of your coming and the end of the world?” (aiōn g165)
Dan zal Hij zeggen ook tot degenen, die ter linker hand zijn: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur, hetwelk den duivel en zijn engelen bereid is. (aiōnios g166)
He'll also say to those on his left, ‘Go away from me, you who are doomed, into the eternal fire prepared for the devil and his angels! (aiōnios g166)
En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven. (aiōnios g166)
They will go away into eternal condemnation, but those who are good will enter eternal life.” (aiōnios g166)
lerende hen onderhouden alles, wat Ik u geboden heb. En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen. (aiōn g165)
Teach them to follow all the commands I have given you. Remember, I am always with you, to the very end of the world.” (aiōn g165)
Maar zo wie zal gelasterd hebben tegen den Heiligen Geest, die heeft geen vergeving in der eeuwigheid, maar hij is schuldig des eeuwigen oordeels. (aiōn g165, aiōnios g166)
but if people blaspheme by rejecting the Holy Spirit they can never be forgiven, because they are guilty of an eternal sin.” (aiōn g165, aiōnios g166)
En de zorgvuldigheden dezer wereld, en de verleiding des rijkdoms en de begeerlijkheden omtrent de andere dingen, inkomende, verstikken het Woord, en het wordt onvruchtbaar. (aiōn g165)
but worries of this world, the temptation of wealth, and other distractions choke the growth of the word, and it becomes unproductive. (aiōn g165)
En indien uw hand u ergert, houwt ze af; het is u beter verminkt tot het leven in te gaan, dan de twee handen hebbende, heen te gaan in de hel, in het onuitblusselijk vuur; (Geenna g1067)
If your hand leads you to sin, cut it off! It's better to enter eternal life as a cripple than to go with both hands into Gehenna, into the fire that can't be put out. (Geenna g1067)
En indien uw voet u ergert, houwt hem af; het is u beter kreupel tot het leven in te gaan, dan de twee voeten hebbende, geworpen te worden in de hel, in het onuitblusselijk vuur; (Geenna g1067)
If your foot causes you to sin, cut it off! It's better to enter eternal life lame than to be thrown into Gehenna still having two feet. (Geenna g1067)
En indien uw oog u ergert, werpt het uit; het is u beter maar een oog hebbende in het Koninkrijk Gods in te gaan, dan twee ogen hebbende, in het helse vuur geworpen te worden; (Geenna g1067)
If your eye causes you to sin, gouge it out! It's better to enter the kingdom of God with just one eye than to be thrown into Gehenna still having both eyes, (Geenna g1067)
En als Hij uitging op den weg, liep een tot Hem, en voor Hem op de knieen vallende, vraagde Hem: Goede Meester! wat zal ik doen, opdat ik het eeuwige leven beerve? (aiōnios g166)
As Jesus set out on his journey, a man came running over and kneeled down before Jesus. “Good teacher, what should I do to make sure I have eternal life?” he asked. (aiōnios g166)
Of hij ontvangt honderdvoud, nu in dezen tijd, huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en kinderen, en akkers, met de vervolgingen, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven. (aiōn g165, aiōnios g166)
will receive in return in due course a hundred times as many homes and brothers and sisters and children and lands—as well as persecution. In the world to come they will receive eternal life. (aiōn g165, aiōnios g166)
En Jezus, antwoordende, zeide tot denzelven: Niemand ete enige vrucht meer van u in der eeuwigheid! En Zijn discipelen hoorden het. (aiōn g165)
He said to the tree, “May no one eat fruit from you ever again.” His disciples heard his words. (aiōn g165)
En Hij zal over het huis Jakobs Koning zijn in der eeuwigheid, en Zijns Koninkrijks zal geen einde zijn. (aiōn g165)
and he will reign over the house of Jacob forever. His kingdom will never come to an end.” (aiōn g165)
(Gelijk Hij gesproken heeft tot onze vaderen, namelijk tot Abraham, en zijn zaad) in eeuwigheid. (aiōn g165)
just as he promised our fathers, to Abraham and his descendants for ever.” (aiōn g165)
Gelijk Hij gesproken heeft door den mond Zijner heilige profeten, die van het begin der wereld geweest zijn; (aiōn g165)
as he promised through his holy prophets long ago. (aiōn g165)
En zij baden Hem, dat Hij hun niet gebieden zou in den afgrond heen te varen. (Abyssos g12)
They begged Jesus not to order them to go into the Abyss. (Abyssos g12)
En gij, Kapernaum, die tot den hemel toe verhoogd zijt, gij zult tot de hel toe nedergestoten worden. (Hadēs g86)
And you, Capernaum, you won't be exalted to heaven; you will go down to Hades. (Hadēs g86)
En ziet, een zeker wetgeleerde stond op, Hem verzoekende, en zeggende: Meester, wat doende zal ik het eeuwige leven beerven? (aiōnios g166)
Once an expert in religious law stood up and tried to trap Jesus. “Teacher,” he asked, “What do I have to do to gain eternal life?” (aiōnios g166)
Maar Ik zal u tonen, Wien gij vrezen zult: vreest Dien, Die, nadat Hij gedood heeft, ook macht heeft in de hel te werpen; ja, Ik zeg u, vreest Dien! (Geenna g1067)
Let me make it clear whom you should be afraid of. You should be afraid of the one who after he has killed has the power to dispose of them in Gehenna. That's the one you should be afraid of. (Geenna g1067)
En de heer prees den onrechtvaardigen rentmeester, omdat hij voorzichtiglijk gedaan had; want de kinderen dezer wereld zijn voorzichtiger, dan de kinderen des lichts, in hun geslacht. (aiōn g165)
The rich man commended his dishonest manager for his cunning idea. The children of this world are more cunning towards one another than are the children of light. (aiōn g165)
En Ik zeg ulieden: Maakt uzelven vrienden uit den onrechtvaardigen Mammon, opdat, wanneer u ontbreken zal, zij u mogen ontvangen in de eeuwige tabernakelen. (aiōnios g166)
I tell you, use the wealth of this world to make friends for yourselves so that when it's gone, you'll be welcomed into an eternal home. (aiōnios g166)
En de rijke stierf ook, en werd begraven. En als hij in de hel zijn ogen ophief, zijnde in de pijn, zag hij Abraham van verre, en Lazarus in zijn schoot. (Hadēs g86)
In Hades, where he was in torment, he looked up and saw Abraham in the far distance, with Lazarus beside him. (Hadēs g86)
En een zeker overste vraagde Hem, zeggende: Goede Meester, wat doende zal ik het eeuwige leven beerven? (aiōnios g166)
One of the rulers came to Jesus and asked him, “Good Teacher, what do I have to do to inherit eternal life?” (aiōnios g166)
Die niet zal veelvoudig weder ontvangen in dezen tijd, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven. (aiōn g165, aiōnios g166)
will receive so much more in this life, and eternal life in the world to come.” (aiōn g165, aiōnios g166)
En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: De kinderen dezer eeuw trouwen, en worden ten huwelijk uitgegeven; (aiōn g165)
“Here in this age people marry and are given in marriage,” Jesus explained. (aiōn g165)
Maar die waardig zullen geacht zijn die eeuw te verwerven en de opstanding uit de doden, zullen noch trouwen, noch ten huwelijk uitgegeven worden; (aiōn g165)
“But those who are considered worthy to share in the age to come and the resurrection from the dead don't marry or are given in marriage. (aiōn g165)
Opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. (aiōnios g166)
that everyone who trusts in him will have eternal life. (aiōnios g166)
Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. (aiōnios g166)
For God loved the world, and this is how: he gave his one and only Son, so that everyone who trusts in him shouldn't die, but have eternal life. (aiōnios g166)
Die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem. (aiōnios g166)
Anyone who trusts in the Son has eternal life, but anyone who refuses to trust the Son will not experience eternal life but remains under God's condemnation. (aiōnios g166)
Maar zo wie gedronken zal hebben van het water, dat Ik hem geven zal, dien zal in eeuwigheid niet dorsten; maar het water, dat Ik hem zal geven, zal in hem worden een fontein van water, springende tot in het eeuwige leven. (aiōn g165, aiōnios g166)
But those who drink the water I give won't ever be thirsty again. The water I give becomes a bubbling spring of water inside them, bringing them eternal life.” (aiōn g165, aiōnios g166)
En die maait, ontvangt loon, en vergadert vrucht ten eeuwigen leven; opdat zich te zamen verblijde, beide, die zaait en die maait. (aiōnios g166)
The reaper is being paid and harvesting a crop for eternal life so that both the sower and the reaper can celebrate. (aiōnios g166)
Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en komt niet in de verdoemenis, maar is uit den dood overgegaan in het leven. (aiōnios g166)
I tell you the truth: those who follow what I say and trust the one who sent me have eternal life. They won't be condemned, but have gone from death to life. (aiōnios g166)
Onderzoekt de Schriften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben; en die zijn het, die van Mij getuigen. (aiōnios g166)
You search the Scriptures because you think that through them you'll gain eternal life. But the evidence they give is in support of me! (aiōnios g166)
Werkt niet om de spijs, die vergaat, maar om de spijs, die blijft tot in het eeuwige leven, welke de Zoon des mensen ulieden geven zal; want Dezen heeft God de Vader verzegeld. (aiōnios g166)
Don't be preoccupied about food that doesn't last, but concentrate on the lasting food of eternal life which the Son of man will give you, for God the Father has placed his seal of approval on him.” (aiōnios g166)
En dit is de wil Desgenen, Die Mij gezonden heeft, dat een iegelijk, die den Zoon aanschouwt, en in Hem gelooft, het eeuwige leven hebbe; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage. (aiōnios g166)
What my Father wants is for everyone who sees the Son and trusts in him to have eternal life, and for me to raise them up at the last day.” (aiōnios g166)
Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die in Mij gelooft, heeft het eeuwige leven. (aiōnios g166)
I tell you the truth: anyone who trusts in him has eternal life. (aiōnios g166)
Ik ben dat levende Brood, dat uit den hemel nedergedaald is; zo iemand van dit Brood eet, die zal in der eeuwigheid leven. En het Brood, dat Ik geven zal, is Mijn vlees, hetwelk Ik geven zal voor het leven der wereld. (aiōn g165)
I am the life-giving bread from heaven, and anyone who eats this bread will live forever. The bread is my flesh that I give so that the world may live.” (aiōn g165)
Die Mijn vlees eet, en Mijn bloed drinkt, die heeft het eeuwige leven; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage. (aiōnios g166)
Those who eat my flesh and drink my blood have eternal life, and I will raise them up at the last day. (aiōnios g166)
Dit is het Brood, dat uit den hemel nedergedaald is; niet gelijk uw vaders het Manna gegeten hebben, en zijn gestorven. Die dit Brood eet, zal in der eeuwigheid leven. (aiōn g165)
Now this is the bread that came down from heaven, not the kind your forefathers ate and still died. Anyone who eats this bread will live forever.” (aiōn g165)
Simon Petrus dan antwoordde Hem: Heere, tot Wien zullen wij heengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens. (aiōnios g166)
Simon Peter answered, “Lord, who would we follow? You're the one who has the words of eternal life. (aiōnios g166)
En de dienstknecht blijft niet eeuwiglijk in het huis, de zoon blijft er eeuwiglijk. (aiōn g165)
A slave doesn't have a permanent place in the family, but the son is part of the family forever. (aiōn g165)
Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand Mijn woord zal bewaard hebben, die zal den dood niet zien in der eeuwigheid. (aiōn g165)
I tell you the truth, anyone who follows my teaching will never die.” (aiōn g165)
De Joden dan zeiden tot Hem: Nu bekennen wij, dat Gij den duivel hebt. Abraham is gestorven, en de profeten; en zegt Gij: Zo iemand Mijn woord bewaard zal hebben, die zal den dood niet smaken in der eeuwigheid? (aiōn g165)
“Now we know you're demon-possessed,” said the Jews. “Abraham died, and the prophets did too, and you're telling us ‘anyone who follows my teaching will never die’! (aiōn g165)
Van alle eeuw is het niet gehoord, dat iemand eens blindgeborenen ogen geopend heeft. (aiōn g165)
Never before in the whole of history has anyone heard of a man born blind being healed. (aiōn g165)
En Ik geef hun het eeuwige leven; en zij zullen niet verloren gaan in der eeuwigheid, en niemand zal dezelve uit Mijn hand rukken. (aiōn g165, aiōnios g166)
I give them eternal life; they shall never be lost, and no one can snatch them from me. (aiōn g165, aiōnios g166)
En een iegelijk, die leeft, en in Mij gelooft, zal niet sterven in der eeuwigheid. Gelooft gij dat? (aiōn g165)
All who live in me and trust in me will never die. Do you believe this?” (aiōn g165)
Die zijn leven liefheeft, zal hetzelve verliezen; en die zijn leven haat in deze wereld, zal hetzelve bewaren tot het eeuwige leven. (aiōnios g166)
If you love your own life you will lose it, but if you don't love your own life in this world you will keep your life forever. (aiōnios g166)
De schare antwoordde Hem: Wij hebben uit de wet gehoord, dat de Christus blijft in der eeuwigheid; en hoe zegt Gij, dat de Zoon des mensen moet verhoogd worden? Wie is deze Zoon des mensen? (aiōn g165)
The crowd responded, “The Law tells us that the Messiah will live forever, so how can you say the Son of man must be ‘lifted up’? Who is this ‘Son of man’?” (aiōn g165)
En Ik weet, dat Zijn gebod het eeuwige leven is. Hetgeen Ik dan spreek, dat spreek Ik alzo, gelijk Mij de Vader gezegd heeft. (aiōnios g166)
I know that what he told me to say brings eternal life—so whatever I say is what the Father told me.” (aiōnios g166)
Petrus zeide tot Hem: Gij zult mijn voeten niet wassen in der eeuwigheid! Jezus antwoordde hem: Indien Ik u niet wasse, gij hebt geen deel met Mij. (aiōn g165)
“No!” Peter protested. “You'll never wash my feet!” Jesus replied, “If I don't wash you, you have no part with me.” (aiōn g165)
En Ik zal den Vader bidden, en Hij zal u een anderen Trooster geven, opdat Hij bij u blijve in der eeuwigheid; (aiōn g165)
I will ask the Father, and he will give you another Comforter, (aiōn g165)
Gelijkerwijs Gij Hem macht gegeven hebt over alle vlees, opdat al wat Gij Hem gegeven hebt, Hij hun het eeuwige leven geve. (aiōnios g166)
For you gave him authority over all people so that he might give eternal life to all those you have given to him. (aiōnios g166)
En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den enigen waarachtigen God, en Jezus Christus, Dien Gij gezonden hebt. (aiōnios g166)
Eternal life is this: to know you, the only true God, and Jesus Christ whom you sent. (aiōnios g166)
Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten, noch zult Uw Heilige over geven, om verderving te zien. (Hadēs g86)
For you will not abandon me in the grave, nor will you allow your Holy One to experience decay. (Hadēs g86)
Zo heeft hij, dit voorziende, gesproken van de opstanding van Christus, dat Zijn ziel niet is verlaten in de hel, noch Zijn vlees verderving heeft gezien. (Hadēs g86)
David saw what would happen and spoke about the resurrection of Christ—for Christ was not abandoned to the grave nor did he experience decay. (Hadēs g86)
Welken de hemel moet ontvangen tot de tijden der wederoprichting aller dingen, die God gesproken heeft door den mond van al Zijn heilige profeten van alle eeuw. (aiōn g165)
For he must stay in heaven until the time when everything is restored, as God announced through his holy prophets long ago. (aiōn g165)
Maar Paulus en Barnabas, vrijmoedigheid gebruikende, zeiden: Het was nodig, dat eerst tot u het Woord Gods gesproken zou worden; doch nademaal gij hetzelve verstoot, en uzelven des eeuwigen levens niet waardig oordeelt, ziet, wij keren ons tot de heidenen. (aiōnios g166)
So Paul and Barnabas spoke out strongly, saying “We had to speak the word of God to you first. But now that you're rejecting it—you're deciding that you're not worthy of eternal life—well now we're turning to the foreigners. (aiōnios g166)
Als nu de heidenen dit hoorden, verblijdden zij zich, en prezen het Woord des Heeren; en er geloofden zovelen, als er geordineerd waren tot het eeuwige leven. (aiōnios g166)
When the foreigners heard this they were overjoyed, praising the Lord's word, and all those chosen for eternal life trusted in God. (aiōnios g166)
Gode zijn al Zijn werken van eeuwigheid bekend. (aiōn g165)
This is what the Lord says, who revealed these things long ago.’ (aiōn g165)
Want Zijn onzienlijke dingen worden, van de schepping der wereld aan, uit de schepselen verstaan en doorzien, beide Zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, opdat zij niet te verontschuldigen zouden zijn. (aïdios g126)
Ever since the creation of the world, the invisible aspects of God—his eternal power and divinity—are clearly visible in what he has made. Such people have no excuse, (aïdios g126)
Als die de waarheid Gods veranderd hebben in de leugen, en het schepsel geeerd en gediend hebben boven den Schepper, Die te prijzen is in der eeuwigheid, amen. (aiōn g165)
They exchanged God's truth for a lie, worshiping and serving creatures instead of the Creator, who deserves praise forever. Amen. (aiōn g165)
Dengenen wel, die met volharding in goeddoen, heerlijkheid, en eer, en onverderfelijkheid zoeken, het eeuwige leven; (aiōnios g166)
Those who have kept on trying to do what is good and right will receive glory and honor, immortality and eternal life. (aiōnios g166)
Opdat, gelijk de zonde geheerst heeft tot den dood, alzo ook de genade zou heersen door rechtvaardigheid tot het eeuwige leven, door Jezus Christus onzen Heere. (aiōnios g166)
Just as sin ruled us and brought us death, now grace rules by making us right with God, bringing us eternal life through Jesus Christ our Lord. (aiōnios g166)
Maar nu, van de zonde vrijgemaakt zijnde, en Gode dienstbaar gemaakt zijnde, hebt gij uw vrucht tot heiligmaking, en het einde het eeuwige leven. (aiōnios g166)
But now that you're set free from sin, and have become God's slaves, the results will be a pure life—and in the end, eternal life. (aiōnios g166)
Want de bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige leven, door Jezus Christus, onzen Heere. (aiōnios g166)
The wage sin pays is death, but God's free gift is eternal life through Christ Jesus our Lord. (aiōnios g166)
Welker zijn de vaders, en uit welke Christus is, zoveel het vlees aangaat, Dewelke is God boven allen te prijzen in der eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
They are our forefathers—ancestors of Christ, humanly-speaking, the one who rules over everything, the eternally-blessed God. Amen. (aiōn g165)
Of, wie zal in den afgrond nederdalen? Hetzelve is Christus uit de doden opbrengen. (Abyssos g12)
or “‘who'll go to the place of the dead?’ (asking to bring Christ back from the dead).” (Abyssos g12)
Want God heeft hen allen onder de ongehoorzaamheid besloten, opdat Hij hun allen zou barmhartig zijn. (eleēsē g1653)
For God treated everyone as prisoners because of their disobedience so that he could be merciful to everyone. (eleēsē g1653)
Want uit Hem, en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
Everything comes from him, everything exists through him, and everything is for him. Glory to him forever, Amen! (aiōn g165)
En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij. (aiōn g165)
Don't follow the ways of this world; instead be transformed by the spiritual renewal of your mind so you can demonstrate what God's will really is—good, pleasing, and perfect. (aiōn g165)
Hem nu, Die machtig is u te bevestigen, naar mijn Evangelie en de prediking van Jezus Christus, naar de openbaring der verborgenheid, die van de tijden der eeuwen verzwegen is geweest; (aiōnios g166)
Now to him who can make you strong Through the good news I share and the message of Jesus Christ, According to the mystery of truth that has been revealed, The mystery of truth, hidden for eternity, (aiōnios g166)
Maar nu geopenbaard is, en door de profetische Schriften, naar het bevel des eeuwigen Gods, tot gehoorzaamheid des geloofs, onder al de heidenen bekend is gemaakt; (aiōnios g166)
now made visible; Through the prophets' writings, and Following the command of the eternal God, The mystery of truth is made known to everyone everywhere so they can trust and obey him; (aiōnios g166)
Den zelven alleen wijzen God zij door Jezus Christus de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
To the one and only wise God, Through Jesus Christ— To him be glory for ever. Amen. (aiōn g165)
Waar is de wijze? Waar is de schriftgeleerde? Waar is de onderzoeker dezer eeuw? Heeft God de wijsheid dezer wereld niet dwaas gemaakt? (aiōn g165)
So how about the wise, the writers, and the philosophers of this age? Hasn't God turned the wisdom of this world into foolishness? (aiōn g165)
En wij spreken wijsheid onder de volmaakten; doch een wijsheid, niet dezer wereld, noch der oversten dezer wereld, die te niet worden; (aiōn g165)
However, we do use words of wisdom when we speak to those who are spiritually mature, but this isn't wisdom that comes from this world, or from the rulers of this world who soon fade from the scene. (aiōn g165)
Maar wij spreken de wijsheid Gods, bestaande in verborgenheid, die bedekt was, welke God te voren verordineerd heeft tot heerlijkheid van ons, eer de wereld was; (aiōn g165)
On the contrary we explain God's wisdom in terms of a revealed mystery that was previously hidden which God planned for our glory before the creation of the worlds. (aiōn g165)
Welke niemand van de oversten dezer wereld gekend heeft; want indien zij ze gekend hadden, zo zouden zij den Heere der heerlijkheid niet gekruist hebben. (aiōn g165)
None of the rulers of this world understood anything about this—for if they had, they would not have crucified the Lord of glory. (aiōn g165)
Niemand bedriege zichzelven. Zo iemand onder u dunkt, dat hij wijs is in deze wereld, die worde dwaas, opdat hij wijs moge worden. (aiōn g165)
Don't deceive yourselves. If there's anyone of you who thinks they're worldly wise, they should become fools so they can become truly wise! (aiōn g165)
Daarom, indien de spijs mijn broeder ergert, zo zal ik in eeuwigheid geen vlees eten, opdat ik mijn broeder niet ergere. (aiōn g165)
So if eating food sacrificed to idols would cause my fellow believer to stumble, I will never eat such meat ever again, so that I don't offend any believer. (aiōn g165)
En deze dingen alle zijn hunlieden overkomen tot voorbeelden; en zijn beschreven tot waarschuwing van ons, op dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn. (aiōn g165)
All the things that happened to them are examples to us and were written down to warn us, we who are living close to the end of time. (aiōn g165)
Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning? (Hadēs g86)
Death—where's your victory? Death—where's your sting?” (Hadēs g86)
In dewelke de god dezer eeuw de zinnen verblind heeft, namelijk der ongelovigen, opdat hen niet bestrale de verlichting van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, Die het Beeld Gods is. (aiōn g165)
The god of this world has blinded the minds of those who don't trust in God. They can't see the light of the good news of the glory of Christ, who is the image of God. (aiōn g165)
Want onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbij gaat, werkt ons een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht der heerlijkheid; (aiōnios g166)
These trivial troubles we have only last for a little while, but they produce for us an ever-increasing degree of glory. (aiōnios g166)
Dewijl wij niet aanmerken de dingen, die men ziet, maar de dingen, die men niet ziet; want de dingen, die men ziet, zijn tijdelijk, maar de dingen, die men niet ziet, zijn eeuwig. (aiōnios g166)
We don't concern ourselves with what can be seen, for we look forward to what can't be seen. What we see is temporary, but what we can't see is eternal. (aiōnios g166)
Want wij weten, dat, zo ons aardse huis dezes tabernakels gebroken wordt, wij een gebouw van God hebben, een huis niet met handen gemaakt, maar eeuwig in de hemelen. (aiōnios g166)
We know that when this earthly “tent” we live in is taken down, we have a house prepared by God, not made by human hands. It is eternal and is in heaven. (aiōnios g166)
Gelijk er geschreven is: Hij heeft gestrooid, hij heeft den armen gegeven; Zijn gerechtigheid blijft in der eeuwigheid. (aiōn g165)
As Scripture says, “He gives generously to the poor; his generosity is everlasting.” (aiōn g165)
De God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die geprezen is in der eeuwigheid, weet, dat ik niet lieg. (aiōn g165)
The God and Father of the Lord Jesus—may he be praised forever—knows I am not lying. (aiōn g165)
Die Zichzelven gegeven heeft voor onze zonden, opdat Hij ons trekken zou uit deze tegenwoordige boze wereld, naar den wil van onzen God en Vader; (aiōn g165)
Jesus gave himself for our sins to set us free from this current world of evil, following the will of our God and Father. (aiōn g165)
Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
To him be glory forever and ever! Amen. (aiōn g165)
Want die in zijn eigen vlees zaait, zal uit het vlees verderfenis maaien; maar die in den Geest zaait, zal uit den Geest het eeuwige leven maaien. (aiōnios g166)
If you sow according to your sinful human nature, from that nature you'll reap self-destruction. But if you sow according to the Spirit, from the Spirit you'll reap eternal life. (aiōnios g166)
Verre boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, en allen naam, die genaamd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de toekomende; (aiōn g165)
far above any other ruler, authority, power, or lord, or any leader with all their titles—not only in this world, but also in the coming world too. (aiōn g165)
In welke gij eertijds gewandeld hebt, naar de eeuw dezer wereld, naar den overste van de macht der lucht, van den geest, die nu werkt in de kinderen der ongehoorzaamheid; (aiōn g165)
living your lives according to the ways of the world, under the control of the devil, whose spirit is at work in those who disobey God. (aiōn g165)
Opdat Hij zou betonen in de toekomende eeuwen den uitnemenden rijkdom Zijner genade, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus. (aiōn g165)
so that in all eternity to come he could demonstrate the amazing extent of his grace in showing us kindness through Christ Jesus. (aiōn g165)
En allen te verlichten, dat zij mogen verstaan, welke de gemeenschap der verborgenheid zij, die van alle eeuwen verborgen is geweest in God, Welke alle dingen geschapen heeft door Jezus Christus; (aiōn g165)
and to help everyone see the purpose of the mystery which from the very beginning was hidden in God who made everything. (aiōn g165)
Naar het eeuwig voornemen, dat Hij gemaakt heeft in Christus Jezus, onzen Heere; (aiōn g165)
This was in accordance with God's eternal purpose that he carried out in Christ Jesus our Lord. (aiōn g165)
Hem, zeg ik, zij de heerlijkheid in de Gemeente, door Christus Jezus, in alle geslachten, tot alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
may he be glorified in the church and in Christ Jesus through all generations for ever and ever. Amen. (aiōn g165)
Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht. (aiōn g165)
We're not fighting against human forces, but against supernatural rulers and powers, the dark lords of this world, against the spiritual forces of evil in the heavens. (aiōn g165)
Onzen God nu en Vader zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
Glory be to God the Father, forever and ever. Amen. (aiōn g165)
Namelijk de verborgenheid, die verborgen is geweest van alle eeuwen en van alle geslachten, maar nu geopenbaard is aan Zijn heiligen; (aiōn g165)
This is the mystery that was hidden down through the ages and for many generations, but it's now been revealed to God's people. (aiōn g165)
Dewelken zullen tot straf lijden het eeuwig verderf, van het aangezicht des Heeren, en van de heerlijkheid Zijner sterkte, (aiōnios g166)
They will rightly experience the consequence of eternal loss, separated from the presence of the Lord and his glorious power, (aiōnios g166)
En onze Heere Jezus Christus Zelf, en onze God en Vader, Die ons heeft liefgehad, en gegeven heeft een eeuwige vertroosting en goede hoop in genade, (aiōnios g166)
Now may our Lord Jesus Christ himself and God the Father (who through his grace gave us eternal confidence and a trustworthy hope), (aiōnios g166)
Maar daarom is mij barmhartigheid geschied, opdat Jezus Christus in mij, die de voornaamste ben, al Zijn lankmoedigheid zou betonen, tot een voorbeeld dergenen, die in Hem geloven zullen ten eeuwigen leven. (aiōnios g166)
For this reason I was shown mercy—since I'm the worst sinner, Jesus Christ could demonstrate his infinite patience as an example to those who choose to trust in him and gain eternal life. (aiōnios g166)
Den Koning nu der eeuwen, den onverderfelijken, den onzienlijken, den alleen wijzen God, zij eer en heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
Honor and glory forever and ever to the eternal King, the immortal, invisible, and only God! Amen. (aiōn g165)
Strijd den goeden strijd des geloofs, grijp naar het eeuwige leven, tot hetwelk gij ook geroepen zijt, en de goede belijdenis beleden hebt voor vele getuigen. (aiōnios g166)
Fight the good fight as you trust in God. Hold on tightly to the eternal life to which you were called. This is what you promised to do in front of many witnesses. (aiōnios g166)
Die alleen onsterfelijkheid heeft, en een ontoegankelijk licht bewoont; Denwelken geen mens gezien heeft, noch zien kan; Welken zij eer en eeuwige kracht. Amen. (aiōnios g166)
He is the only one who is immortal, and lives in unapproachable light. No one has seen him or can see him—honor and eternal power is his! Amen. (aiōnios g166)
Beveel den rijken in deze tegenwoordige wereld, dat zij niet hoogmoedig zijn, noch hun hoop stellen op de ongestadigheid des rijkdoms, maar op den levenden God, Die ons alle dingen rijkelijk verleent, om te genieten; (aiōn g165)
Warn those who are rich in the present world not to become proud. Tell them not to place their trust in wealth that is so insecure but in God who so freely gives us everything for our enjoyment. (aiōn g165)
Die ons heeft zalig gemaakt, en geroepen met een heilige roeping; niet naar onze werken, maar naar Zijn eigen voornemen en genade, die ons gegeven is in Christus Jezus, voor de tijden der eeuwen; (aiōnios g166)
He is the one who has saved us and called us to live a holy life—not through what we do, but by God's own plan and through his grace. (aiōnios g166)
Daarom verdraag ik alles om de uitverkorenen, opdat ook zij de zaligheid zouden verkrijgen, die in Christus Jezus is, met eeuwige heerlijkheid. (aiōnios g166)
Despite all this I'm willing to keep on going for the sake of God's people so that they may gain the salvation of Christ Jesus that is eternal glory. (aiōnios g166)
Want Demas heeft mij verlaten, hebbende de tegenwoordige wereld liefgekregen, en is naar Thessalonica gereisd; Krescens naar Galatie, Titus naar Dalmatie. (aiōn g165)
Demas has abandoned me because he loves the things of this world more, and has gone to Thessalonica. Crescens has gone to Galatia, and Titus to Dalmatia. (aiōn g165)
En de Heere zal mij verlossen van alle boos werk, en bewaren tot Zijn hemels Koninkrijk; Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
The Lord will rescue me from all the evil things done against me, and will bring me safely to his heavenly kingdom. His is the glory forever and ever. Amen. (aiōn g165)
In de hoop des eeuwigen levens, welke God, Die niet liegen kan, beloofd heeft, voor de tijden der eeuwen, (aiōnios g166)
This gives them the hope of eternal life that God (who cannot lie) promised ages ago, (aiōnios g166)
En onderwijst ons, dat wij, de goddeloosheid en de wereldse begeerlijkheden verzakende, matig en rechtvaardig, en godzalig leven zouden in deze tegenwoordige wereld; (aiōn g165)
It teaches us to reject a godless way of life with the desires of this world. Instead we should live thoughtful, self-controlled lives that are right before God in the present world (aiōn g165)
Opdat wij, gerechtvaardigd zijnde door Zijn genade, erfgenamen zouden worden naar de hope des eeuwigen levens. (aiōnios g166)
Now that we are set right by his grace we have become heirs having the hope of eternal life. (aiōnios g166)
Want veellicht is hij daarom voor een kleinen tijd van u gescheiden geweest, opdat gij hem eeuwig zoudt weder hebben. (aiōnios g166)
Maybe you lost him for a while so that you could have him back forever! (aiōnios g166)
heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon; Welken Hij gesteld heeft tot een Erfgenaam van alles, door Welken Hij ook de wereld gemaakt heeft; (aiōn g165)
has in these last days spoken to us through his Son. God appointed the Son heir of everything, and made the universe through him. (aiōn g165)
Maar tot den Zoon zegt Hij: Uw troon, o God, is in alle eeuwigheid; de schepter Uws koninkrijks is een rechte schepter. (aiōn g165)
but about the Son he says, “Your throne, God, lasts forever and ever, and justice is the ruling scepter of your kingdom. (aiōn g165)
Gelijk Hij ook in een andere plaats zegt: Gij zijt Priester in der eeuwigheid, naar de ordening van Melchizedek. (aiōn g165)
In another verse, God says, “You are a priest forever, following the order of Melchizedek.” (aiōn g165)
En geheiligd zijnde, is Hij allen, die Hem gehoorzaam zijn, een oorzaak der eeuwige zaligheid geworden; (aiōnios g166)
When his experience was complete, he became the source of eternal salvation to everyone who does what he says, (aiōnios g166)
Van de leer der dopen, en van de oplegging der handen, en van de opstanding der doden, en van het eeuwig oordeel. (aiōnios g166)
or teachings about baptism, the laying on of hands, the resurrection of the dead, and eternal judgment. (aiōnios g166)
En gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der toekomende eeuw, (aiōn g165)
who had known God's good word and the power of the coming age— (aiōn g165)
Daar de Voorloper voor ons is ingegaan, namelijk Jezus, naar de ordening van Melchizedek, een Hogepriester geworden zijnde in der eeuwigheid. (aiōn g165)
That's where Jesus went in on our behalf, because he had become a high priest according to the order of Melchizedek. (aiōn g165)
Want Hij getuigt: Gij zijt Priester in der eeuwigheid naar de ordening van Melchizedek. (aiōn g165)
That's why it says, “You are a priest forever according to the order of Melchizedek.” (aiōn g165)
(want genen zijn wel zonder eedzwering priesters geworden; Maar Deze met eedzwering, door Dien, Die tot Hem gezegd heeft: De Heere heeft gezworen, en het zal Hem niet berouwen: Gij zijt Priester in der eeuwigheid naar de ordening van Melchizedek). (aiōn g165)
But he became a priest with an oath because God told him, “The Lord has taken a solemn vow and will not change his mind: You are a priest forever.” (aiōn g165)
Maar Deze, omdat Hij in der eeuwigheid blijft, heeft een onvergankelijk Priesterschap. (aiōn g165)
but since Jesus lives forever, his priesthood is permanent. (aiōn g165)
Want de wet stelt tot hogepriesters mensen, die zwakheid hebben; maar het woord der eedzwering, die na de wet is gevolgd, stelt den Zoon, Die in der eeuwigheid geheiligd is. (aiōn g165)
The law appoints imperfect men as high priests, but God gave his solemn vow after the law, and appointed his Son, perfect forever. (aiōn g165)
Noch door het bloed der bokken en kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal ingegaan in het heiligdom, een eeuwige verlossing teweeggebracht hebbende. (aiōnios g166)
He didn't enter through the blood of goats and calves, but through his own blood. He entered once, for all time, into the Most Holy Place, setting us free forever. (aiōnios g166)
Hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door den eeuwigen Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd heeft, uw geweten reinigen van dode werken, om den levenden God te dienen? (aiōnios g166)
how much more does the blood of Christ—who offered himself in his sinless life to God through the eternal Spirit—clean your consciences from your past sinful lives so you can serve the living God? (aiōnios g166)
En daarom is Hij de Middelaar des nieuwen testaments, opdat, de dood daartussen gekomen zijnde, tot verzoening der overtredingen, die onder het eerste testament waren, degenen, die geroepen zijn, de beloftenis der eeuwige erve ontvangen zouden. (aiōnios g166)
This is why he is the mediator of a new agreed relationship. Since a death has occurred to set them free from the sins committed under the first agreed relationship, now those who are called can receive the promise of an eternal inheritance. (aiōnios g166)
(Anders had Hij dikwijls moeten lijden van de grondlegging der wereld af) maar nu is Hij eenmaal in de voleinding der eeuwen geopenbaard, om de zonde te niet te doen, door Zijnszelfs offerande. (aiōn g165)
Otherwise Christ would have had to suffer many times since the creation of the world. No: just this one time at the end of the present age he came to remove sin by sacrificing himself. (aiōn g165)
Door het geloof verstaan wij, dat de wereld door het woord Gods is toebereid, alzo dat de dingen, die men ziet, niet geworden zijn uit dingen, die gezien worden. (aiōn g165)
Through our trust in God we understand that the whole universe was created by God's command, that what can be seen was made out of what cannot be seen. (aiōn g165)
Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en in der eeuwigheid. (aiōn g165)
Jesus Christ is the same yesterday, today, and forever. (aiōn g165)
De God nu des vredes, Die den grote Herder der schapen, door het bloed des eeuwigen testaments, uit de doden heeft wedergebracht, namelijk onze Heere Jezus Christus, (aiōnios g166)
Now may the God of peace who raised our Lord Jesus, the great shepherd of the sheep, from the dead, with the blood of an eternal agreement— (aiōnios g166)
Die volmake u in alle goed werk, opdat gij Zijn wil moogt doen; werkende in u, hetgeen voor Hem welbehagelijk is, door Jezus Christus; Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
may he provide you with all that is good so you can do his will. May he work in us, doing everything that pleases him, through Jesus Christ—glory to him forever and ever. Amen. (aiōn g165)
De tong is ook een vuur, een wereld der ongerechtigheid; alzo is de tong onder onze leden gesteld, welke het gehele lichaam besmet, en ontsteekt het rad onzer geboorte, en wordt ontstoken van de hel. (Geenna g1067)
And the tongue is a fire! The tongue is a world of evil among the parts of the body. It disgraces all you are as a person, and can burn down the whole of your life, since it is set on fire by Gehenna. (Geenna g1067)
Gij, die wedergeboren zijt, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God. (aiōn g165)
You've been born again, not the product of a mortal “seed,” but immortal, through the living, eternal word of God. (aiōn g165)
Maar het Woord des Heeren blijft in der eeuwigheid; en dit is het Woord, dat onder u verkondigd is. (aiōn g165)
But the word of the Lord remains forever.” This word is the good news that was explained to you. (aiōn g165)
Indien iemand spreekt, die spreke als de woorden Gods; indien iemand dient, die diene als uit kracht, die God verleent; opdat God in allen geprezen worde door Jezus Christus, Welken toekomt de heerlijkheid en de kracht, in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
Anyone who speaks should do so as though God is speaking through them. Anyone who wants to help others should do so through the strength that God gives, so that in everything God may be glorified through Jesus Christ. May glory and power be his forever and ever. Amen. (aiōn g165)
De God nu aller genade, Die ons geroepen heeft tot Zijn eeuwige heerlijkheid in Christus Jezus, nadat wij een weinig tijds zullen geleden hebben, Dezelve volmake, bevestige, versterke, en fondere ulieden. (aiōnios g166)
After you have suffered for a little while, the God of all grace who called you into his eternal glory in Christ, will himself restore you, support you, strengthen you, and give you a solid foundation. (aiōnios g166)
Hem zij de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
To him be power forever and ever! Amen. (aiōn g165)
Want alzo zal u rijkelijk toegevoegd worden de ingang in het eeuwig Koninkrijk van onzen Heere en Zaligmaker, Jezus Christus. (aiōnios g166)
You will receive a tremendous welcome into the eternal kingdom of our Lord and Savior Jesus Christ. (aiōnios g166)
Want indien God de engelen, die gezondigd hebben, niet gespaard heeft, maar, die in de hel geworpen hebbende, overgegeven heeft aan de ketenen der duisternis, om tot het oordeel bewaard te worden; (Tartaroō g5020)
For God didn't even spare the angels when they sinned. He threw them into Tartarus, holding them in dark pits ready for judgment. (Tartaroō g5020)
Maar wast op in de genade en kennis van onzen Heere en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, beide nu en in den dag der eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
May you grow in the grace and in the knowledge of our Lord and Savior Jesus Christ. May he have glory, both now and forever! Amen. (aiōn g165)
(Want het Leven is geopenbaard, en wij hebben het gezien, en wij getuigen, en verkondigen ulieden dat eeuwige Leven, Hetwelk bij den Vader was, en ons is geopenbaard.) (aiōnios g166)
This Life was revealed to us; we saw it and give evidence about it. We are telling you about the one who is Eternal Life, who was with the Father, and who was revealed to us. (aiōnios g166)
En de wereld gaat voorbij, en haar begeerlijkheid; maar die den wil van God doet, blijft in der eeuwigheid. (aiōn g165)
The world and its evil desires are coming to an end, but those who do the will of God will live forever. (aiōn g165)
En dit is de belofte, die Hij ons beloofd heeft, namelijk het eeuwige leven. (aiōnios g166)
Eternal life—this is what he has promised us! (aiōnios g166)
Een iegelijk, die zijn broeder haat, is een doodslager; en gij weet, dat geen doodslager het eeuwige leven heeft in zich blijvende. (aiōnios g166)
All those who hate their Christian brothers and sisters are murderers, and you know that no murderers have eternal life within them! (aiōnios g166)
En dit is de getuigenis, namelijk dat ons God het eeuwige leven gegeven heeft; en ditzelve leven is in Zijn Zoon. (aiōnios g166)
The evidence is this: God has given eternal life to us, and we have this life through his Son. (aiōnios g166)
Deze dingen heb ik u geschreven, die gelooft in den Naam des Zoons van God; opdat gij weet, dat gij het eeuwige leven hebt, en opdat gij gelooft in den Naam des Zoons van God. (aiōnios g166)
I'm writing to tell those of you who trust in the name of the Son of God so you can be certain you have eternal life. (aiōnios g166)
Doch wij weten, dat de Zoon van God gekomen is, en heeft ons het verstand gegeven, dat wij den Waarachtige kennen; en wij zijn in den Waarachtige, namelijk in Zijn Zoon Jezus Christus. Deze is de waarachtige God, en het eeuwige Leven. (aiōnios g166)
We also know that the Son of God has come, and has helped us to understand so we can recognize the one who is true. We live in him who is true, in his Son Jesus Christ. He is the true God, and is eternal life. (aiōnios g166)
Om der waarheid wil, die in ons blijft, en met ons zal zijn in der eeuwigheid: (aiōn g165)
because the truth lives in us and will be with us forever. (aiōn g165)
En de engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben, heeft Hij tot het oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de duisternis bewaard. (aïdios g126)
Even those angels that were not content with their God-given positions but abandoned their rightful places—he has placed them in eternal chains of darkness until the great Day of Judgment. (aïdios g126)
Gelijk Sodoma en Gomorra, en de steden rondom dezelve, die op gelijke wijze als deze gehoereerd hebben, en ander vlees zijn nagegaan, tot een voorbeeld voorgesteld zijn, dragende de straf des eeuwigen vuurs. (aiōnios g166)
In just the same way, Sodom and Gomorrah and the towns nearby that pursued immorality and perverted sex are provided as an example of those that experience the punishment of eternal fire. (aiōnios g166)
Wilde baren der zee, hun eigen schande opschuimende; dwalende sterren, denwelken de donkerheid der duisternis in der eeuwigheid bewaard wordt. (aiōn g165)
They're violent ocean waves, foaming in their own disgrace. They're false stars, doomed forever to utter darkness. (aiōn g165)
Bewaart uzelven in de liefde Gods, verwachtende de barmhartigheid van onzen Heere Jezus Christus ten eeuwigen leven. (aiōnios g166)
keep yourselves safe in God's love, and wait for the mercy of our Lord Jesus Christ who brings eternal life. (aiōnios g166)
Den alleen wijzen God, onzen Zaligmaker, zij heerlijkheid en majesteit, kracht en macht, beide nu en in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
to the only God our Savior, through Jesus Christ our Lord, be glory, majesty, power, and authority, before all time, now, and forever. Amen. (aiōn g165)
En Die ons gemaakt heeft tot koningen en priesters Gode en Zijn Vader; Hem, zeg ik, zij de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
who made us into his kingdom, priests to his God and Father—to Jesus be glory and authority for ever and ever. Amen. (aiōn g165)
En Die leef, en Ik ben dood geweest; en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen. En Ik heb de sleutels der hel en des doods. (aiōn g165, Hadēs g86)
the living one. I was dead, but look! Now I am alive for ever and ever, and I hold the keys of death and the grave. (aiōn g165, Hadēs g86)
En wanneer de dieren heerlijkheid, en eer, en dankzegging gaven Hem, Die op den troon zat, Die in alle eeuwigheid leeft; (aiōn g165)
Whenever the living creatures glorify, honor, and thank the one that sits on the throne, who lives for ever and ever, (aiōn g165)
Zo vielen de vier en twintig ouderlingen voor Hem, Die op den troon zat, en aanbaden Hem, Die leeft in alle eeuwigheid, en wierpen hun kronen voor den troon, zeggende: (aiōn g165)
the twenty-four elders fall down before him that sits on the throne. They will worship the one who lives for ever and ever, and throw down their crowns before the throne. They say, (aiōn g165)
En alle schepsel, dat in den hemel is, en op de aarde, en onder de aarde, en die in de zee zijn, en alles, wat in dezelve is, hoorde ik zeggen: Hem, Die op den troon zit, en het Lam, zij de dankzegging, en de eer, en de heerlijkheid, en de kracht in alle eeuwigheid. (aiōn g165)
Then I heard every creature in heaven, on earth, and under the earth, in the sea—every creature everywhere—replying: “To the one who sits on the throne, and to the Lamb be blessing, honor, glory, and authority, for ever and ever.” (aiōn g165)
En ik zag, en ziet, een vaal paard, en die daarop zat, zijn naam was de dood; en de hel volgde hem na. En hun werd macht gegeven om te doden tot het vierde deel der aarde, met zwaard, en met honger, en met den dood, en door de wilde beesten der aarde. (Hadēs g86)
I looked and saw a pale horse. The rider was called Death, and Hades followed him. They received authority over a quarter of the earth to kill people by the sword, by famine, by plague, and by wild beasts. (Hadēs g86)
Zeggende: Amen. De lof, en de heerlijkheid, en de wijsheid, en de dankzegging, en de eer, en de kracht, en de sterkte zij onzen God in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn g165)
“Amen!” they said. “Blessing, glory, wisdom, gratitude, honor, power, and strength, be to God for ever and ever. Amen.” (aiōn g165)
En de vijfde engel heeft gebazuind, en ik zag een ster, gevallen uit den hemel op de aarde, en haar werd gegeven de sleutel van den put des afgronds. (Abyssos g12)
The fifth angel blew his trumpet. I watched a star fall from heaven to earth. He was given the key to the opening of the Abyss. (Abyssos g12)
En zij heeft den put des afgronds geopend; en er is rook opgegaan uit den put, als rook eens groten ovens; en de zon en de lucht is verduisterd geworden van den rook des puts. (Abyssos g12)
He opened the entrance to the Abyss, and smoke came up out of the Abyss like the smoke of a huge furnace. The sun and the atmosphere became dark because of the smoke from the Abyss. (Abyssos g12)
En zij hadden over zich tot een koning den engel des afgronds; zijn naam was in het Hebreeuws Abaddon, en in de Griekse taal had hij den naam Apollyon. (Abyssos g12)
Ruling over them as their king was the angel of the Abyss who is called Abaddon in Hebrew and Apollyon in Greek. (Abyssos g12)
En hij zwoer bij Dien, Die leeft in alle eeuwigheid, Die den hemel geschapen heeft en hetgeen daarin is, en de aarde en hetgeen daarin is, en de zee en hetgeen daarin is, dat er geen tijd meer zal zijn; (aiōn g165)
He made a sacred oath by the one who lives for ever and ever, who created the heavens and everything in them, and the earth and everything in it, and the sea and everything in it. “No more delay!” he said. (aiōn g165)
En als zij hun getuigenis zullen geeindigd hebben, zal het beest, dat uit den afgrond opkomt, hun krijg aandoen, en het zal hen overwinnen, en zal hen doden. (Abyssos g12)
When they finish their testimony, the beast coming from the Abyss will attack them, defeat them, and kill them. (Abyssos g12)
En de zevende engel heeft gebazuind, en er geschiedden grote stemmen in den hemel, zeggende: De koninkrijken der wereld zijn geworden onzes Heeren en van Zijn Christus, en Hij zal als Koning heersen in alle eeuwigheid. (aiōn g165)
The seventh angel blew his trumpet, and loud voices shouted in heaven, “The kingdom of the world has become the kingdom of our Lord, and of his Christ, and he shall reign for ever and ever.” (aiōn g165)
En ik zag een anderen engel, vliegende in het midden des hemels, en hij had het eeuwige Evangelie, om te verkondigen dengenen, die op de aarde wonen, en aan alle natie, en geslacht, en taal, en volk; (aiōnios g166)
Then I saw another angel flying in mid-heaven. He had the eternal good news to announce to those who lived on the earth, to every nation, tribe, language, and people. (aiōnios g166)
En de rook van hun pijniging gaat op in alle eeuwigheid, en zij hebben geen rust dag en nacht, die het beest aanbidden en zijn beeld, en zo iemand het merkteken zijns naams ontvangt. (aiōn g165)
The smoke of their anguish ascends for ever and ever. They don't have any relief day or night, those who worship the beast and his image and who receive the mark of his name.” (aiōn g165)
En een van de vier dieren gaf den zeven engelen zeven gouden fiolen, vol van den toorn Gods, Die in alle eeuwigheid leeft. (aiōn g165)
One of the four living creatures gave to the seven angels seven golden bowls full of the judgment of God, who lives for ever and ever. (aiōn g165)
Het beest, dat gij gezien hebt, was en is niet; en het zal opkomen uit den afgrond, en ten verderve gaan; en die op de aarde wonen, zullen verwonderd zijn (welker namen niet zijn geschreven in het boek des levens van de grondlegging der wereld), ziende het beest, dat was en niet is, hoewel het is. (Abyssos g12)
The beast you saw once was, but is not, will soon come up again out of the Abyss, and will then be completely destroyed. Those that live on the earth who don't have their names written in the book of life will be amazed when they see the beast that once was but is not, and yet shall return. (Abyssos g12)
En zij zeiden ten tweeden maal: Halleluja! En haar rook gaat op in alle eeuwigheid. (aiōn g165)
Again they shouted, “Hallelujah! The smoke from her destruction ascends for ever and ever.” (aiōn g165)
En het beest werd gegrepen, en met hetzelve de valse profeet, die de tekenen in de tegenwoordigheid van hetzelve gedaan had, door welke hij verleid had, die het merkteken van het beest ontvangen hadden, en die deszelfs beeld aanbaden. Deze twee zijn levend geworpen in den poel des vuurs, die met sulfer brandt. (Limnē Pyr g3041 g4442)
The beast was captured, along with the false prophet who performed miracles in his presence (by which he deceived those who had received the mark of the beast and those who worshiped the beast's image). Both of them were thrown alive into the lake of fire that burns with sulfur. (Limnē Pyr g3041 g4442)
En ik zag een engel afkomen uit den hemel, hebbende den sleutel des afgronds, en een grote keten in zijn hand; (Abyssos g12)
I saw an angel descending from heaven, holding the key of the Abyss and a large chain in his hand. (Abyssos g12)
En wierp hem in den afgrond, en sloot hem daarin, en verzegelde dien boven hem, opdat hij de volken niet meer verleiden zou, totdat de duizend jaren zouden geeindigd zijn. En daarna moet hij een kleinen tijd ontbonden worden. (Abyssos g12)
The angel threw him into the Abyss and shut it and sealed it over him, so that he would no longer be able to deceive the nations until the thousand years were over. After that he has to be set free for a little while. (Abyssos g12)
En de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in den poel des vuurs en sulfers, alwaar het beest en de valse profeet zijn; en zij zullen gepijnigd worden dag en nacht in alle eeuwigheid. (aiōn g165, Limnē Pyr g3041 g4442)
The devil, who had deceived them, was thrown into the lake of fire and sulfur where the beast and the false prophet had also been thrown, and they will suffer in anguish day and night for ever and ever. (aiōn g165, Limnē Pyr g3041 g4442)
En de zee gaf de doden, die in haar waren; en de dood en de hel gaven de doden, die in hen waren; en zij werden geoordeeld, een iegelijk naar hun werken. (Hadēs g86)
The sea handed over the dead in it, and death and Hades handed over the dead that were in them, and everyone was judged according to what they had done. (Hadēs g86)
En de dood en de hel werden geworpen in den poel des vuurs; dit is de tweede dood. (Hadēs g86, Limnē Pyr g3041 g4442)
Then death and Hades were thrown into the lake of fire. The lake of fire is the second death. (Hadēs g86, Limnē Pyr g3041 g4442)
En zo iemand niet gevonden werd geschreven in het boek des levens, die werd geworpen in den poel des vuurs. (Limnē Pyr g3041 g4442)
Anyone whose name was not found written in the book of life was thrown into the lake of fire. (Limnē Pyr g3041 g4442)
Maar den vreesachtigen, en ongelovigen, en gruwelijken, en doodslagers, en hoereerders, en tovenaars, en afgodendienaars, en al den leugenaars, is hun deel in den poel, die daar brandt van vuur en sulfer; hetwelk is de tweede dood. (Limnē Pyr g3041 g4442)
But anyone who is a coward, who doesn't trust me, who does disgusting things, who is a murderer, who is sexually immoral, who practices witchcraft, who worships idols, who tells lies—their chosen place is in the lake that burns with fire and sulfur. This is the second death.” (Limnē Pyr g3041 g4442)
En aldaar zal geen nacht zijn, en zij zullen geen kaars noch licht der zon van node hebben; want de Heere God verlicht hen; en zij zullen als koningen heersen in alle eeuwigheid. (aiōn g165)
There will be no more night, and they will not need the light of a lamp, or the light of the sun, because the Lord God will give them light. They shall reign for ever and ever. (aiōn g165)
Questioned verse translations do not contain Aionian Glossary words, but may wrongly imply eternal or Hell
Looft Hem met hel klinkende cimbalen; looft Hem met cimbalen van vreugdegeluid! (questioned)
Deze zijn waterloze fonteinen, wolken van een draaiwind gedreven, denwelken de donkerheid der duisternis in der eeuwigheid bewaard wordt. (questioned)

DSB > Aionian Verses: 264, Questioned: 2
EFB > Aionian Verses: 264