< متّی 13 >

و در همان روز، عیسی از خانه بیرون آمده، به کناره دریا نشست ۱ 1
En te dien dage Jezus, uit het huis gegaan zijnde, zat bij de zee.
و گروهی بسیار بر وی جمع آمدند، بقسمی که او به کشتی سوار شده، قرار گرفت و تمامی آن گروه بر ساحل ایستادند؛ ۲ 2
En tot Hem vergaderden vele scharen, zodat Hij in een schip ging en nederzat, en al de schare stond op den oever.
و معانی بسیار به مثلها برای ایشان گفت: «وقتی برزگری بجهت پاشیدن تخم بیرون شد. ۳ 3
En Hij sprak tot hen vele dingen door gelijkenissen, zeggende: Ziet, een zaaier ging uit om te zaaien.
و چون تخم می‌پاشید، قدری در راه افتاد ومرغان آمده، آن را خوردند. ۴ 4
En als hij zaaide, viel een deel van het zaad bij den weg; en de vogelen kwamen en aten datzelve op.
و بعضی برسنگلاخ جایی که خاک زیاد نداشت افتاده، بزودی سبز شد، چونکه زمین عمق نداشت، ۵ 5
En een ander deel viel op steenachtige plaatsen, waar het niet veel aarde had; en het ging terstond op, omdat het geen diepte van aarde had.
وچون آفتاب برآمد بسوخت و چون ریشه نداشت خشکید. ۶ 6
Maar als de zon opgegaan was, zo is het verbrand geworden; en omdat het geen wortel had, is het verdord.
و بعضی در میان خارها ریخته شد وخارها نمو کرده، آن را خفه نمود. ۷ 7
En een ander deel viel in de doornen; en de doornen wiesen op, en verstikten hetzelve.
و برخی درزمین نیکو کاشته شده، بار آورد، بعضی صد وبعضی شصت و بعضی سی. ۸ 8
En een ander deel viel in de goede aarde, en gaf vrucht, het een honderd-, het ander zestig-, en het ander dertig voud.
هر‌که گوش شنوادارد بشنود.» ۹ 9
Wie oren heeft om te horen, die hore.
آنگاه شاگردانش آمده، به وی گفتند: «ازچه جهت با اینها به مثلها سخن می‌رانی؟» ۱۰ 10
En de discipelen tot Hem komende, zeiden tot Hem: Waarom spreekt Gij tot hen door gelijkenissen?
درجواب ایشان گفت: «دانستن اسرار ملکوت آسمان به شما عطا شده است، لیکن بدیشان عطانشده، ۱۱ 11
En Hij, antwoordende, zeide tot hen: Omdat het u gegeven is, de verborgenheden van het Koninkrijk der hemelen te weten, maar dien is het niet gegeven.
زیرا هر‌که دارد بدو داده شود و افزونی یابد. اما کسی‌که ندارد آنچه دارد هم از او گرفته خواهد شد. ۱۲ 12
Want wie heeft, dien zal gegeven worden, en hij zal overvloediglijk hebben; maar wie niet heeft, van dien zal genomen worden, ook dat hij heeft.
از این جهت با اینها به مثلها سخن می گویم که نگرانند و نمی بینند و شنوا هستند ونمی شنوند و نمی فهمند. ۱۳ 13
Daarom spreek Ik tot hen door gelijkenissen, omdat zij ziende niet zien, en horende niet horen, noch ook verstaan.
و در حق ایشان نبوت اشعیا تمام می‌شود که می‌گوید: “به سمع خواهید شنید و نخواهید فهمید و نظر کرده، خواهید نگریست و نخواهید دید. ۱۴ 14
En in hen wordt de profetie van Jesaja vervuld, die zegt: Met het gehoor zult gij horen, en geenszins verstaan; en ziende zult gij zien, en geenszins bemerken.
زیرا قلب این قوم سنگین شده و به گوشها به سنگینی شنیده‌اند و چشمان خود را بر هم نهاده‌اند، مبادابه چشمها ببینند و به گوشها بشنوند و به دلهابفهمند و بازگشت کنند و من ایشان را شفا دهم.” ۱۵ 15
Want het hart dezes volks is dik geworden, en zij hebben met de oren zwaarlijk gehoord, en hun ogen hebben zij toegedaan; opdat zij niet te eniger tijd met de ogen zouden zien, en met de oren horen, en met het hart verstaan, en zich bekeren, en Ik hen geneze.
لیکن خوشابه‌حال چشمان شما زیرا که می‌بینند و گوشهای شما زیرا که می‌شنوند ۱۶ 16
Doch uw ogen zijn zalig, omdat zij zien, en uw oren, omdat zij horen.
زیرا هرآینه به شما می‌گویم بسا انبیا وعادلان خواستند که آنچه شما می‌بینید، ببینندو ندیدند و آنچه می‌شنوید، بشنوند ونشنیدند. ۱۷ 17
Want voorwaar zeg Ik u, dat vele profeten en rechtvaardigen hebben begeerd te zien de dingen, die gij ziet, en hebben ze niet gezien; en te horen de dingen, die gij hoort, en hebben ze niet gehoord.
پس شما مثل برزگر را بشنوید. ۱۸ 18
Gij dan, hoort de gelijkenis van den zaaier.
کسی‌که کلمه ملکوت را شنیده، آن را نفهمید، شریرمی آید و آنچه در دل او کاشته شده است می‌رباید، همان است آنکه در راه کاشته شده است. ۱۹ 19
Als iemand dat Woord des Koninkrijks hoort, en niet verstaat, zo komt de boze, en rukt weg, hetgeen in zijn hart gezaaid was; deze is degene, die bij den weg bezaaid is.
و آنکه بر سنگلاخ ریخته شده، اوست که کلام را شنیده، فی الفور به خشنودی قبول می‌کند، ۲۰ 20
Maar die in steenachtige plaatsen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort, en dat terstond met vreugde ontvangt;
و لکن ریشه‌ای در خود ندارد، بلکه فانی است و هرگاه سختی یا صدمه‌ای به‌سبب کلام بر او وارد آید، در ساعت لغزش می‌خورد. ۲۱ 21
Doch hij heeft geen wortel in zichzelven, maar is voor een tijd; en als verdrukking of vervolging komt, om des Woords wil, zo wordt hij terstond geergerd.
و آنکه در میان خارها ریخته شد، آن است که کلام را بشنود واندیشه این جهان و غرور دولت، کلام را خفه کند و بی‌ثمر گردد. (aiōn g165) ۲۲ 22
En die in de doornen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort; en de zorgvuldigheid dezer wereld, en de verleiding des rijkdoms verstikt het Woord, en het wordt onvruchtbaar. (aiōn g165)
و آنکه درزمین نیکو کاشته شد، آن است که کلام را شنیده، آن را می‌فهمد و بارآور شده، بعضی صد و بعضی شصت و بعضی سی ثمر می‌آورد.» ۲۳ 23
Die nu in de goede aarde bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort en verstaat, die ook vrucht draagt en voortbrengt, de een honderd-, de ander zestig-, en de ander dertig voud.
و مثلی دیگر بجهت ایشان آورده، گفت: «ملکوت آسمان مردی را ماند که تخم نیکو درزمین خود کاشت: ۲۴ 24
Een andere gelijkenis heeft Hij hun voorgesteld, zeggende: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een mens, die goed zaad zaaide in zijn akker.
و چون مردم در خواب بودند دشمنش آمده، در میان گندم، کرکاس ریخته، برفت. ۲۵ 25
En als de mensen sliepen, kwam zijn vijand, en zaaide onkruid midden in de tarwe, en ging weg.
و وقتی که گندم رویید و خوشه برآورد، کرکاس نیز ظاهر شد. ۲۶ 26
Toen het nu tot kruid opgeschoten was, en vrucht voortbracht, toen openbaarde zich ook het onkruid.
پس نوکران صاحب‌خانه آمده، به وی عرض کردند: “ای آقامگر تخم نیکو در زمین خویش نکاشته‌ای؟ پس ازکجا کرکاس بهم رسانید؟” ۲۷ 27
En de dienstknechten van den heer des huizes gingen en zeiden tot hem: Heere! hebt gij niet goed zaad in uw akker gezaaid? Van waar heeft hij dan dit onkruid?
ایشان را فرمود: “این کار دشمن است.” عرض کردند: “آیامی خواهی برویم آنها را جمع کنیم؟” ۲۸ 28
En hij zeide tot hen: Een vijandig mens heeft dat gedaan. En de dienstknechten zeiden tot hem: Wilt gij dan, dat wij heengaan en datzelve vergaderen?
فرمود: “نی، مبادا وقت جمع کردن کرکاس، گندم را باآنها برکنید. ۲۹ 29
Maar hij zeide: Neen, opdat gij, het onkruid vergaderende, ook mogelijk met hetzelve de tarwe niet uittrekt.
بگذارید که هر دو تا وقت حصاد باهم نمو کنند و در موسم حصاد، دروگران راخواهم گفت که اول کرکاسها را جمع کرده، آنهارا برای سوختن بافه‌ها ببندید اما گندم را در انبارمن ذخیره کنید.”» مثل دانه خردل ۳۰ 30
Laat ze beiden te zamen opwassen tot den oogst, en in den tijd des oogstes zal ik tot de maaiers zeggen: Vergadert eerst dat onkruid, en bindt het in busselen, om hetzelve te verbranden; maar brengt de tarwe samen in mijn schuur.
بار دیگر مثلی برای ایشان زده، گفت: «ملکوت آسمان مثل دانه خردلی است که شخصی گرفته، در مزرعه خویش کاشت. ۳۱ 31
Een andere gelijkenis heeft Hij hun voorgesteld, zeggende: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan het mosterdzaad, hetwelk een mens heeft genomen en in zijn akker gezaaid;
وهرچند از سایر دانه‌ها کوچکتر است، ولی چون نمو کند بزرگترین بقول است و درختی می‌شودچنانکه مرغان هوا آمده در شاخه هایش آشیانه می گیرند.» ۳۲ 32
Hetwelk wel het minste is onder al de zaden, maar wanneer het opgewassen is, dan is 't het meeste van de moeskruiden, en het wordt een boom, alzo dat de vogelen des hemels komen en nestelen in zijn takken.
و مثلی دیگر برای ایشان گفت که ملکوت آسمان خمیرمایه‌ای را ماند که زنی آن را گرفته، در سه کیل خمیر پنهان کرد تا تمام، مخمر گشت. ۳۳ 33
Een andere gelijkenis sprak Hij tot hen, zeggende: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een zuurdesem, welken een vrouw nam en verborg in drie maten meels, totdat het geheel gezuurd was.
همه این معانی را عیسی با آن گروه به مثلهاگفت و بدون مثل بدیشان هیچ نگفت، ۳۴ 34
Al deze dingen heeft Jezus tot de scharen gesproken door gelijkenissen, en zonder gelijkenis sprak Hij tot hen niet.
تا تمام گردد کلامی که به زبان نبی گفته شد: «دهان خودرا به مثلها باز می‌کنم و به چیزهای مخفی شده ازبنای عالم تنطق خواهم کرد.» ۳۵ 35
Opdat vervuld zou worden, wat gesproken is door den profeet, zeggende: Ik zal Mijn mond opendoen door gelijkenissen; Ik zal voortbrengen dingen, die verborgen waren van de grondlegging der wereld.
آنگاه عیسی آن گروه را مرخص کرده، داخل خانه گشت و شاگردانش نزد وی آمده، گفتند: «مثل کرکاس مزرعه را بجهت ما شرح فرما.» ۳۶ 36
Toen nu Jezus de scharen van Zich gelaten had, ging Hij naar huis. En Zijn discipelen kwamen tot Hem, zeggende: Verklaar ons de gelijkenis van het onkruid des akkers.
در جواب ایشان گفت: «آنکه بذر نیکومی کارد پسر انسان است، ۳۷ 37
En Hij, antwoordende, zeide tot hen: Die het goede zaad zaait, is de Zoon des mensen;
و مزرعه، این جهان است و تخم نیکو ابنای ملکوت و کرکاسها، پسران شریرند. ۳۸ 38
En de akker is de wereld; en het goede zaad zijn de kinderen des Koninkrijks; en het onkruid zijn de kinderen des bozen;
و دشمنی که آنها را کاشت، ابلیس است و موسم حصاد، عاقبت این عالم ودروندگان، فرشتگانند. (aiōn g165) ۳۹ 39
En de vijand, die hetzelve gezaaid heeft, is de duivel; en de oogst is de voleinding der wereld; en de maaiers zijn de engelen. (aiōn g165)
پس همچنان‌که کرکاسها را جمع کرده، در آتش می‌سوزانند، همانطور در عاقبت این عالم خواهد شد، (aiōn g165) ۴۰ 40
Gelijkerwijs dan het onkruid vergaderd, en met vuur verbrand wordt, alzo zal het ook zijn in de voleinding dezer wereld. (aiōn g165)
که پسر انسان ملائکه خود را فرستاده، همه لغزش دهندگان و بدکاران را جمع خواهند کرد، ۴۱ 41
De Zoon des mensen zal Zijn engelen uitzenden, en zij zullen uit Zijn Koninkrijk vergaderen al de ergernissen, en degenen, die de ongerechtigheid doen;
و ایشان را به تنور آتش خواهند انداخت، جایی که گریه و فشار دندان بود. ۴۲ 42
En zullen dezelve in den vurigen oven werpen; daar zal wening zijn en knersing der tanden.
آنگاه عادلان در ملکوت پدر خود مثل آفتاب، درخشان خواهند شد. هر‌که گوش شنوا دارد بشنود. ۴۳ 43
Dan zullen de rechtvaardigen blinken, gelijk de zon, in het Koninkrijk huns Vaders. Die oren heeft om te horen, die hore.
«و ملکوت آسمان گنجی را ماند، مخفی شده در زمین که شخصی آن را یافته، پنهان نمودو از خوشی آن رفته، آنچه داشت فروخت و آن زمین را خرید. ۴۴ 44
Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een schat, in den akker verborgen, welken een mens gevonden hebbende, verborg dien, en van blijdschap over denzelven, gaat hij heen en verkoopt al wat hij heeft, en koopt dienzelven akker.
«باز ملکوت آسمان تاجری را ماند که جویای مرواریدهای خوب باشد، ۴۵ 45
Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman, die schone parelen zoekt;
و چون یک مروارید گرانبها یافت، رفت و مایملک خود رافروخته، آن را خرید. ۴۶ 46
Dewelke, hebbende een parel van grote waarde gevonden, ging heen en verkocht al wat hij had, en kocht dezelve.
«ایض ملکوت آسمان مثل دامی است که به دریا افکنده شود و از هر جنسی به آن درآید، ۴۷ 47
Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een net, geworpen in de zee, en dat allerlei soorten van vissen samenbrengt;
وچون پر شود، به کناره‌اش کشند و نشسته، خوبهارا در ظروف جمع کنند و بدها را دور اندازند. ۴۸ 48
Hetwelk, wanneer het vol geworden is, de vissers aan den oever optrekken, en nederzittende, lezen het goede uit in hun vaten, maar het kwade werpen zij weg.
بدینطور در آخر این عالم خواهد شد. فرشتگان بیرون آمده، طالحین را از میان صالحین جدا کرده، (aiōn g165) ۴۹ 49
Alzo zal het in de voleinding der eeuwen wezen; de engelen zullen uitgaan, en de bozen uit het midden der rechtvaardigen afscheiden; (aiōn g165)
ایشان را در تنور آتش خواهندانداخت، جایی که گریه و فشار دندان می‌باشد.» ۵۰ 50
En zullen dezelve in den vurigen oven werpen; daar zal zijn wening en knersing der tanden.
عیسی ایشان را گفت: «آیا همه این امور رافهمیده‌اید؟» گفتندش: «بلی خداوندا.» ۵۱ 51
En Jezus zeide tot hen: Hebt gij dit alles verstaan? Zij zeiden tot Hem: Ja, Heere!
به ایشان گفت: «بنابراین، هر کاتبی که در ملکوت آسمان تعلیم یافته است، مثل صاحب‌خانه‌ای است که از خزانه خویش چیزهای نو و کهنه بیرون می‌آورد.» ۵۲ 52
En Hij zeide tot hen: Daarom, een iegelijk Schriftgeleerde, in het Koninkrijk der hemelen onderwezen, is gelijk aan een heer des huizes, die uit zijn schat nieuwe en oude dingen voortbrengt.
و چون عیسی این مثلها را به اتمام رسانید، از آن موضع روانه شد. ۵۳ 53
En het is geschied, als Jezus deze gelijkenissen geeindigd had, vertrok Hij van daar.
و چون به وطن خویش آمد، ایشان را در کنیسه ایشان تعلیم داد، بقسمی که متعجب شده، گفتند: «از کجا این شخص چنین حکمت و معجزات را بهم رسانید؟ ۵۴ 54
En gekomen zijnde in Zijn vaderland, leerde Hij hen in hun synagoge, zodat zij zich ontzetten, en zeiden: Van waar komt Dezen die wijsheid en die krachten?
آیا این پسر نجار نمی باشد؟ و آیا مادرش مریم نامی نیست؟ و برادرانش یعقوب و یوسف و شمعون ویهودا؟ ۵۵ 55
Is Deze niet de Zoon des timmermans? en is Zijn moeder niet genaamd Maria, en Zijn broeders Jakobus en Joses, en Simon en Judas?
و همه خواهرانش نزد ما نمی باشند؟ پس این همه را از کجا بهم رسانید؟» ۵۶ 56
En Zijn zusters, zijn zij niet allen bij ons? Van waar komt dan Dezen dit alles?
و درباره او لغزش خوردند. لیکن عیسی بدیشان گفت: «نبی بی‌حرمت نباشد مگر در وطن و خانه خویش.» ۵۷ 57
En zij werden aan Hem geergerd. Maar Jezus zeide tot hen: Een profeet is niet ongeeerd, dan in zijn vaderland, en in zijn huis.
و به‌سبب بی‌ایمانی‌ایشان معجزه بسیار در آنجا ظاهر نساخت. ۵۸ 58
En Hij heeft aldaar niet vele krachten gedaan, vanwege hun ongeloof.

< متّی 13 >